Aanbestedingsstukken onduidelijk over tourniquets (week 16)
Eisen | onduidelijkheid aanbestedingsstukken
De Staat (ministerie van Defensie) heeft aanbestedingsprocedures georganiseerd voor o.a. 3 soorten snelverband en tourniquets. Op 20 december 2024 heeft de Staat de inschrijvingen van QRS ongeldig verklaard. In dit kort geding heeft de voorzieningenrechter een oordeel gegeven over 2 aanbestedingsprocedures. Partijen zijn over en weer deels in het (on)gelijk gesteld: de Staat is in het gelijk gesteld voor wat betreft de aanbesteding snelverbanden en QRS heeft gelijk gekregen voor wat betreft de aanbesteding tourniquets. Naar het oordeel van de rechter geven de aanbestedingsstukken in die aanbesteding geen ondubbelzinnig antwoord op de vraag of de inschrijvers verplicht waren om tourniquets met een wringstaaf of knevel aan te bieden. (ECLI:NL:RBDHA:2025:6215, Rechtbank Den Haag, Datum uitspraak 11 maart 2025, Datum publicatie 15 april 2025)
Feiten en omstandigheden
De Staat (ministerie van Defensie) heeft diverse aanbestedingsprocedures georganiseerd voor de inkoop van “tactisch medische producten”, waaronder een aanbesteding voor 3 soorten snelverband. QRS heeft op de aanbesteding ingeschreven. Op 20 december 2024 heeft de Staat de inschrijving van QRS ongeldig verklaard. QRS heeft hiertegen bij brief van 24 december 2024 bezwaar gemaakt. Op 2 januari 2025 heeft de Staat aan QRS bericht dat hij van mening blijft dat QRS terecht is uitgesloten van de aanbesteding. De Staat heeft daarnaast een Europese openbare aanbestedingsprocedure georganiseerd voor de levering van de tourniquet en tourniquet trainer. QRS heeft op de aanbesteding ingeschreven. Bij brief van 20 december 2024 heeft de Staat de inschrijving van QRS ongeldig verklaard. QRS heeft de Staat op 13 januari 2025 in kort geding gedagvaard. Op 15 februari 2025 heeft de Staat een aangepaste voorlopige gunningsbeslissing voor de aanbesteding tourniquets aan QRS gestuurd. In deze brief heeft de Staat de ongeldigverklaring van 20 december 2024 ingetrokken en de inschrijving van QRS opnieuw ongeldig verklaard. QRS vordert de Staat te gebieden de voorlopige gunningsbeslissingen inzake de aanbesteding snelverbanden en de aanbesteding tourniquets in te trekken. Het oordeel van de rechter:
Snelverbanden
“Eén van de eisen in het PvE is dat de houdbaarheidstermijn voor de snelverbanden op het moment van levering minimaal 60 maanden (dus 5 jaar) dient te bedragen (zie eis 13 PvE). De voorzieningenrechter is met de Staat van oordeel dat QRS met de door haar aangeleverde snelverbanden niet heeft aangetoond dat haar inschrijving aan deze houdbaarheidstermijn voldoet. Niet in geschil is dat op alle verpakkingen van de door QRS aangeleverde snelverbanden een houdbaarheidstermijn staat van 5 jaar vanaf de productiedatum. Ook is niet in geschil dat deze producten, die in China worden geproduceerd, onmogelijk op de dag van productie aan de Staat kunnen worden geleverd. De termijn tussen het moment van levering en het verstrijken van de houdbaarheidsdatum is dus korter dan 5 jaar, zodat niet is voldaan aan eis 13 van het PvE.”
“De voorzieningenrechter concludeert dat de Staat de inschrijving van QRS terecht ongeldig heeft verklaard en terzijde heeft mogen leggen. Van strijd met het de aanbestedingsrechtelijke beginselen is geen sprake. Dat betekent dat er geen plaats is voor intrekking van de voorlopige gunningsbeslissing.”
Tourniquets
“Naar het oordeel van de voorzieningenrechter geven de aanbestedingsstukken geen ondubbelzinnig antwoord op de vraag of de inschrijvers verplicht waren om tourniquets met een wringstaaf of knevel aan te bieden. Het programma van eisen bevat slechts één bepaling waarin de wringstaaf of knevel aan bod komt, namelijk eis 43: “De wringstaaf/knevel mag tijdens het aandraaien niet verbuigen of breken.” QRS stelt deze tekst zo te hebben uitgelegd dat het aanbieden van tourniquets met een wringstaaf of knevel optioneel is en dat het ook mogelijk is om tourniquets zonder wringstaaf of knevel aan te bieden. Dat de wringstaaf of knevel niet mag verbuigen of breken, wil volgens QRS immers nog niet zeggen dat de aangeboden tourniquets daar ook over moeten beschikken. Deze uitleg van QRS komt de voorzieningenrechter op voorhand niet onbegrijpelijk voor, zeker als wordt bedacht dat – zoals QRS onweersproken heeft gesteld – in de branche bekend is dat er ook tourniquets op de markt worden aangeboden zonder wringstaaf of knevel. Anderzijds komt de uitleg van de Staat de voorzieningenrechter ook niet geheel onbegrijpelijk voor. Uit de eis dat de wringstaaf of knevel niet mag verbuigen of breken, zou immers ook impliciet kunnen worden afgeleid dat de uitgevraagde tourniquets (dus) een wringstaaf of knevel moeten hebben. De voorzieningenrechter acht het dan ook niet onvoorstelbaar dat een potentiële inschrijver daaruit de conclusie heeft getrokken dat het ontbreken van een wringstaaf of knevel leidt tot ongeldigverklaring en daaraan gevolgen heeft verbonden door niet in te schrijven. Het voorgaande leidt de voorzieningenrechter tot de conclusie dat de aanbestedingsstukken voor meerderlei uitleg vatbaar zijn. Zowel de uitleg van QRS als de uitleg van de Staat zijn immers verdedigbaar en op voorhand valt niet uit te sluiten dat daarmee onbedoeld de mededinging is beperkt. Dat betekent dat de onderhavige aanbesteding niet kan worden voortgezet en er een heraanbesteding moet plaatsvinden als de Staat de opdracht nog wenst te gunnen.”
In dit kort geding heeft de voorzieningenrechter een oordeel gegeven over 2 van elkaar losstaande aanbestedingsprocedures. Partijen zijn over en weer deels in het (on)gelijk gesteld: de Staat is in het gelijk gesteld voor wat betreft de aanbesteding snelverbanden en QRS heeft gelijk gekregen voor wat betreft de aanbesteding tourniquets. Daarom zal worden bepaald dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
(VdLC publishers/consultants BV, 23 april 2025)
Lees de volledige uitspraak op rechtspraak.nl